Door het dal van de Nieuwe, de Oude en de Vuile Leij

Bij het Oude Beekse Pad komt de Nieuwe Leij op Tilburgs grondgebied. Vanaf hier volgt zij haar route in noordoostelijke richting. Maar zij is niet alleen. Al vanaf Goirle heeft zij gezelschap van de Oude Leij. En vanaf 1880 mengt zich een derde speler in het verhaal van de Leij’en.

De Oude Leij ontstaat in Goirle en is waarschijnlijk door mensenhanden aangelegd. Deze beek loopt een paar honderd meter ten zuiden van de Nieuwe Leij, op enkele honderden meters afstand. Ongeveer op de grens met Berkel voegen beide stromen zich weer samen. Rond 1880 laat de gemeente Tilburg een oude bedding van de Nieuwe Leij opgraven. Deze begint bij de Weg naar Hilvarenbeek (tegenwoordig het Oude Beekse Pad) en loopt min of meer parallel aan de Nieuwe en Oude Leij, richting het oostelijk buitengebied van Tilburg. Hier vloeit zij in de Oude Leij en vervolgens in de Nieuwe Leij.  Het is deze Leij die door de vele fabriekslozingen bekend zal worden als de Vuile Leij.

Industrie

In de negentiende eeuw blijkt het Leij-water zeer geschikt voor allerlei bedrijvigheid. Geen wonder dat zich meerder fabrieken langs het riviertje vestigen. Zo vinden we in 1890 wel tien verschillende ondernemingen die zich hoofdzakelijk – hoe kan het ook anders in Tilburg – op textielverwerking oriënteren. Zij gebruiken het Leijwater voornamelijk voor hun wollenstoffenververijen en -wasserijen. 

In dit gedeelte van de Leij vinden we de volgende ondernemingen:

Heimich (wollenstoffenververij): Deze fabriek stond noordelijk van de Nieuwe Leij en oostelijk van de Weg naar Hilvarenbeek, tegenwoordig het Oude Beekse Pad.

Franken van Brunschot (wollenstoffenververij): zuidelijk van de Nieuwe Leij en westelijk van de Steenweg naar Hilvarenbeek, tegenwoordig de Hilvarenbeekseweg.

Pieter van Dooren (wollenstoffenfabriek): noordelijk van de Nieuwe Leij en oostelijk van de Steenweg naar Hilvarenbeek, tegenwoordig de Hilvarenbeekseweg.

Eras (wolwasserij, vollerij en ververij): zuidelijk van de Nieuwe Leij en oostelijk van de Steenweg naar Hilvarenbeek, tegenwoordig de Hilvarenbeekseweg.

Rozendaal (wolwasserij en spoelerij): zuidelijk van de Nieuwe Leij en oostelijk van de Driehuis Dijk, waarvan nog een gedeelte bestaat bij Woonlandschap de Leijhoeve.

In 1909 vinden we aan de huidige Alpenlaan de ‘Stoom- Wasch- en Strijkinrichting het Groenewoud v/h H. Swagemakers-Litz’ van Antoon Knegtel.

Franken-Brunschot

“Van café de Snoek kwam men langs de Leij aan de ververij van Frankenhof,” zo schrijft iemand op de website ‘Het Geheugen Van Tilburg’. Volgens de schrijver ging de ververij later over naar F. Franken van Brunschot. Deze breidde de fabriek uit, waarvoor hij het zogenaamde ‘Leijte’s Put’ liet dempen. Dit ven moet behoorlijk diep zijn geweest. Het zou in verbinding staan met een hele serie vennen tot aan Oisterwijk toe: Biezewaai, Bunder, Grollegat, Tonneven, Aalsven, Baksven en Galgeven. Illustere namen met mogelijk een diepere betekenis.

Franken was bekend vanwege een bepaalde kleur onvergankelijk rood en ‘echt valsch blauw’, aldus de schrijver. Bij de ‘inrichting’ zou een mooie tuin met koepel behoren, waar men in een bootje de broekvelden in kon varen.

Pieter van Dooren

Pieter van Dooren, telg uit een oud Tilburgs fabrikantengeslacht, richt in 1827 een moderne textielfabriek op. Hij is de eerste Tilburgse ondernemer die een stoommachine introduceert. Deze dient voor de aandrijving van machines in de vollerij en spinnerij. Pieter overlijdt plotseling in 1845, waarna het bedrijf verdergaat als VOF. In 1919 is Pieter van Dooren een van de grootste strijkgarenspinnerijen van Nederland. In 1972 (er zijn dan nog maar dertien werknemers over) valt het doek voor het bedrijf. In 1975 worden de opstallen gesloopt, waarna op deze locatie het nieuwe St. Elisabethziekenhuis (tegenwoordig: ETZ TweeSteden) wordt gebouwd. 

Leijpark

In 1919 zijn er plannen om aan de zuidrand van Tilburg een park aan te leggen. Omdat hier de Leij stroomt, is de naam voor het park snel gevonden: Leijpark. Het duurt echter nog vijftien jaar voordat men start met de aanleg van het park. Problemen met de aankoop van gronden en een boerderij die in de weg staat, voorkomen lange tijd dat het park volledig gerealiseerd wordt. Uiteindelijk krijgt het park in de jaren 1934-1939 vorm als werkverschaffingsproject.

Ontwerper van het Leijpark is Leonard Springer, die een ontwerp bedacht in Engelse landschapsstijl. Vanwege de aanwezigheid van de Leij waren er aanvankelijk veel drassige stukken in het ontwerpgebied. Wanneer de Leij buiten haar oevers trad, zorgde dat voor een grote watervlakte in het Leijpark. In de jaren negentig van de vorige eeuw zijn er enkele poelen gegraven. Regelmatig is het park het toneel van klein- en grootschalige evenementen.

Henk de Winter

“Ik woon hier al mijn hele leven. En elke dag wandel ik hier met mijn hond Roos door het park. In al die jaren heb ik de Leij totaal zien veranderen. Vroeger had je hier ook de Vuile Leij, toen groeide er veel minder dan nu. En bij Van Dooren lagen vaten met rotzooi, maar daar hadden wij als kinderen geen erg in. gelukkig is de Leij nu weer veel schoner. Er zwemt zelfs vis in.

Henk is hobbyfotograaf en initiatiefnemer van de Facebookpagina ‘Leijpark 013’. “Ik fotografeer alles wat hier leefti. Dat begon jaren geleden toen ik zag dat festivalgangers zomaar een tak van een boom afbraken. Ze stonden er gewoon bij te lachen. Toen heb ik een foto gemaakt en die op Hyves geplaatst. Inmiddels heb ik al meerdere malen mogen exposeren.”

Zo deed Henk al vaker bijzondere ontdekkingen: “Ik heb schildpadden gezien, uiteraard hebben mensen die er zelf in gezet. Maar ook een ijsvogel en een lepelaar. Ooit huisde hier zelfs een bever en soms vind ik sporen van een wezel of een vos. Roos komt dan ineens pal naast me lopen. Zo vormen wij samen een unieke combi.”

Bijzondere anekdotes

Witte vlag

De Broekhovense smokkelaarsfamilie (Kwak-)Verhagen staat bekend vanwege hun gewelddadige reputatie. Kees Verhagen (1859-1934) is de stamvader, drie van zijn vier zoons sterven door politiegeweld. Maar In 1944 is zoon Toon de held van de stad.

Op 27 oktober 1944 loopt Toon namelijk met een witte vlag vanuit Broekhoven, richting het spervuur van geallieerde soldaten. Vanaf de overkant van de Leij proberen zij Tilburg te bevrijden. Toon wil echter duidelijk maken dat de Duitsers de stad verlaten hebben. Waarop de geallieerden hun beschietingen staken.

Zijn heldenstatus is niet voor lang. De naam Verhagen is al snel weer synoniem aan smokkel.

Barrièrehuis

Op de website Het Geheugen van Tilburg verwijst Frans Kense naar de volgende passage:

“Kroonprins Willem II koopt in 1835 het tolhuis aan de Hoevenseweg, het zogenaamde barrièrehuis. Bij dit huis gold de verplichting dat de koper zorg zou dragen voor een behoorlijk onderhoud van de brug verderop over de Nieuwe Leij. Het feit dat daar toen al een brug bestond, is bijzonder. Bij de meeste wegen die beken kruisten, was dat namelijk niet het geval.” 

Het gedeelte van de Hoevenseweg waar deze de Nieuwe Leij kruiste, heet tegenwoordig Koningshoeven. Op de kaart van 1835 staat een gebouw getekend vlakbij deze kruising. Mogelijk betreft dit het bekende buitenverblijf in Zwitserse chaletstijl.

Wandeling